![]() ![]() ![]() ![]() |
||||
|
Grenadines april 2011: Op 1 april zijn we aangekomen op Union Island na een nacht
zeilen. Inklaren gebeurt op een klein vliegveldje vlak naast het strand.
Zoals gebruikelijk ook hier weer veel formulieren invullen met carbonpapier.
Na vele stempels en hand- tekeningen nog even $ 45 betalen en klaar is
kees. Van Mayreau naar Mustique. Hier hebben beroemdheden als
Mick Jagger, Tommy Hillfiger, David Bowie hun tweede huis. Het eiland
ziet er dan ook veel beter georganiseerd uit. Het openbaar groen en de
wegen en huizen zien er allemaal prima uit. Langs de weg zien we ook schildpadden
lopen. In de baai ligt een superjacht naast ons met een helicopter op
het achterdek. 's Ochtends horen we de helicopter opstijgen en gaat de
eigenaar misschien ergens op koffievisite. Wij stappen in ons bijbootje
en roeien naar de kant. De wandeling gaat naar Cotton Hill waar een luxe
hotel aan het strand ligt. We drinken er een drankje en voelen ons even
sterren. De reis gaat verder naar het volgende eiland Bequia, dat
uitgesproken wordt als Bek-wee. Na twee dagen in de baai bij Port Elizabeth,
met ook weer mooi snorkelwater, gaan we verder naar St. Vincent. De eerste
nacht liggen we bij een klein dorpje die geen yachties gewend zijn, maar
we worden zeer gastvrij ontvangen. Binnen een kwartier komen er een stuk
of 5 jongetjes naar ons toegezwommen want ze zijn wel erg nieuwsgierig
hoe zo'n grote boot er nu uitziet. Brutaal als ze zijn willen ze meteen
aan boord klimmen, maar dat hebben we maar wijselijk verboden. Als we
's middags door het dorp wandelen, weet iedereen dat wij van "die
witte boot" komen. De mensen zijn erg hartelijk. De meeste huisjes
zijn niet groter dan een slaapkamer, ong. 10 vierkante meter, maar ze
blijven lachen. Daarna trekken we door naar de Wallilabou Bay. Al ruim voor aankomst worden we opgewacht door een bootboy. Hij probeert ons aan een ligboei te krijgen maar we vertellen hem dat we willen ankeren. Bij het ankeren in deze baai moet je wel een lange lijn naar het strand uitbrengen om goed te liggen. De bootboy biedt nu zijn diensten aan als lijnvastbinder. Hij vraag $ 10 EC (2,50 euro) voor deze dienst. Ik bied hem $ 5 EC met de mededeling dat ik hem een gunst verleen en dat ik anders zelf in mijn dinghy stap om naar het strand te gaan. De jongen samen met zijn vriendje besluiten de geboden $ 5 EC toch maar aan te nemen zodra ik mijn voeten richting de dinghy zet. Ze knopen onze lijn aan een palmboom en komen hun verdienste tevreden ophalen. Later lees ik in de pilot (uit 1991) dat een bootboy wel voor $ 5 EC een lijn aan een boom wil binden. We liggen hier op de filmset van "Pirates of the Caribbean".
Disney is hier 6 maanden actief geweest met decors bouwen. Het hele havenfront
uit de film staat er nog. De locals hebben zelf een achterkant aan het
decor gebouwd en er zit nu een restaurant-bar in. Dinsdag 12 april vertrekken we naar St. Lucia.
<< terug logboek volgende >> |
![]() ![]() |
|||