Op 5 augustus vertrekken we naar Jonesport, Maine. Voor
de kust liggen al heel wat kreeftenkooien en dat wordt al maar erger als
we land naderen. Op sommige plekken liggen de lobsterpots slechts 10 meter
van elkaar en is het bijna onmogelijk om er tussendoor te zigzaggen. Lobsterpots,
of lobstertuggles, zijn kooien die uitgezet worden om kreeften te vangen.
Hier in Maine is het toegestaan om het hele jaar door kreeften te vangen.
We raken twee keer verstrikt in de boeien en lijnen van zo'n pot, maar
komen gelukkig weer vrij.
We zien de haven van Jonesport al liggen als het ineens
misgaat. Met drie harde bonken stuiteren we op en over ondiepe rotsen.
We ziten vast en goed ook. Naast de boot zien we de rotsen op 1 meter
diepte. Het is nu hoogwater en het is afgaand tij. Met een tijverschil
van 3 meter staan we straks droog! We hijsen de zeilen en proberen met
de motor vol gas los te komen. Helaas, we liggen muurvast. Even verderop
passeert een vissersboot. Ik zwaai naar ze en ze reageren gelukkig. In
de haven heeft iemand het ook gezien en komt met een klein speedbootje
aanvaren. Er volgen twee pogingen met dunne lijnen van het speedbootje
en de vissersboot maar die mislukken. Uiteindelijk brengt het kleine bootje
onze lange dikke ankerlijn over naar de vissersboot. De vissersboot trekt
ons met 700 pk en veel gebonk en schokken los van de rotsen. We varen
weer, snel kijken of er water binnenkomt, maar gelukkig is de Panoramix
nog waterdicht. De visser roept dat hij eerst zijn kreeft gaat verkopen
en zo wel terugkomt om zijn lijn op te halen. Ook het speedbootje vertrekt
en zegt dat we zijn lijn straks maar moeten terugbrengen.
We zitten allebei wat beduusd op de boot. We zijn flink geschrokken. Er
had heel wat mis kunnen gaan, maar zo te zien loopt het met een sisser
af. Nu maar afwachten wat onze helpers voor hun diensten gaan vragen.
We koken snel een maaltijd en na het diner komt de visser weer langs.
Ik geef hem zijn lijn terug en vraag hoeveel ik hem schuldig ben. 'Wil
je kreeft hebben' vraagt de visser. Hij geeft ons 5 kreeften als troost
voor ons ongeluk. De beste man wil niets weten van enige vergoeding en
is blij dat hij ons kon helpen. Zoveel goedheid had ik niet verwacht,
geweldige lui hoor. De volgende morgen gaan we bij de man van het speedbootje
langs. Ook hij was erg blij dat hij ons kon helpen en dat "Jesus
the Lord" het zo wel bedoeld zal hebben.
We bellen de douane om ons in te klaren, maar het blijkt
dat Jonesport geen 'port of entry' is. Volgens onze pilot zou dat wel
zo zijn, maar helaas. We moeten 30 mijl verderop zijn in Bar Harbor, waar
we ons direct weer moeten melden.
Bar Harbor mainstreet met vele
winkeltjes.
De tocht er naar toe is een drama. Je kunt je aandacht geen 30 seconden
laten verslappen, anders raak je in een lobsterpot verstrikt. Voor het
zeilen is Maine dan ook een afrader. Er liggen werkelijk miljoenen lobsterpots,
ook in de vaargeulen. Als we 's avonds aankomen in Bar Harbor, melden
we ons weer en een uur later komt de douane aan boord. De man is zo blij
dat we al een visum en stempel hebben, dat hij ons gratis een cruising
permit geeft. Tien minuten later is hij alweer vertrokken en kunnen we
de wal op. Het plaatsje is super toeristisch en alle winkels, cafe's,
restaurants en ijszaken zijn open. Het is een drukte van jewelste zo als
een topdag in Volendam.
Paula bij een beekje in het park vanaf
een brug bezien.
Het 'Mount desert island' bestaat voor een groot deel uit
het nationaal park "Acadia". De filantroop Rockefeller heeft
er begin 1900 veel geld in gestoken om het park te voorzien van speciale
wegen voor rijtuigjes. Met stoommachines en graniet uit het park zijn
de wegen en bruggen prachtig aangelegd. Vanwege de rijtuigjes zijn de
hellingen en bochten zodanig gebouwd dat je er met je buggy makkelijk
kunt rijden. Vandaag de dag mogen er ook fietsers overheen. Met de gratis
bussen op het eiland kun je je fiets meenemen en zo fietsen we een dagje
lekker door het prachtige park.
De fietsen gaan makkelijk mee. Pauze
op de 'carriage road'
Omdat de zogenaamde 'carriage roads' uit natuurlijk materialen zijn gemaakt,
passen ze geweldig mooi in de omgeving. Die Rockefeller had er echt een
goede kijk op hoe je die wegen aan moest leggen. Een andere dag gaan we
met de bus naar een plaats waar je een mooie wandeling door de bergen
kunt maken. De bergen staan vol met 'wild blueberries' die je zo kunt
plukken en die heerlijk smaken. Het ruikt er ook heerlijk naar bos en
dennen. Regelmatig passeren we een beekje of stroomt er water langs de
rotsen. Er zijn twee dagen die verregenen en dat het koud is. We blijven
op de boot wat luieren en lezen of maken een bustochtje om de tijd door
te komen.
Uitzicht vanaf Brown Mountain,
een berg met mooi bruin graniet.
Na vijf dagen op dit prachtige eiland vertrekken we weer.
Regelmatig duikt er wel ergens een zeehond op die dan nieuwsgierig naar
ons kijkt. Ze duiken dan weer snel onder op zoek naar vis.
We maken korte dagtochtjes waarbij we telkens in kleine vissersplaatjes
terechtkomen. De bevolking leeft vrijwel geheel van de lobster visserij.
Een leuk plaatsje is Carvers Harbor. Zie foto hieronder.
Typisch havenplaatsje aan de oostkust met werfjes
voor de kreeft.
Als we aankomen is er feest in het dorp. Het is er druk, maar als we tien
over acht nog een kopje koffie willen drinken, gaan de restaurants dicht.
Dat hebben we al vaker meegemaakt. Die Amerikanen hier eten vroeg en gaan
vroeg naar bed. Ondanks dat de havenkom tsjokvol vissersboten ligt, lukt
het ons om de Panoramix voor anker te leggen. De volgende dag gaan we
door naar Pemaquid Harbor. Ook hier is er feest met vuurwerk en gaat ook
het enige restaurant vroeg dicht. Op het strand is gelukkig een snackbar
die nog wel koffie heeft. We overnachten aan een vrije prive mooring.
De volgende morgen is het al druk op het water. Iedereen zoekt een plekje
voor de Lobster boat races. Wij willen echter verder en slaan deze races
over. Op youtube wel een leuk filmpje
hier over gevonden.
Onderweg op het water kom je regelmatig belboeien tegen. Omdat hier vaak
mist heerst, maken de boeien hier geluid. Er zijn ook brulboeien die toeteren
op de golfbeweging. De vuurtorens toeteren ook. Bij rustig weer hoor je
altijd wel een bel of toeter.
Een kleine beweging is al genoeg om de
klok te luiden.
In Portsmouth New hampshire gaan we naar het Strawbery Banke
museum. Dit is een openluchtmuseum van een wijk in Portsmouth en dat een
verhaal van de afgelopen 400 jaar vertelt. Het museum heeft een leuke
introductie video.
Er is een winkeltje met artikelen die op rantsoen waren
tijdens de tweede wereldoorlog. Vooral de geschiedenis van na WOII is
leuk om te zien en herkenbaar voor ons.
Lincoln bezoekt de troepen. Opgeknapt
oud huis.
Winkel uit de crisistijd 1943.
Zeep
voor in bad. Huiskamer
jaren 60.
Aankomst van het schip Nancy met lading uit
St. Lucia.
We blijven soms kort in een plaatsje en gaan gelijk weer verder. Die plaatsjes
zijn te vergelijken met Marken in Nederland, en dat is ook geen plek waar
je een week op vakantie gaat. Zo varen we verder naar Portland, Rockport
en Gloucester.
Toeristisch plaatsje Rockport.
Gloucester is een leuk plaatsje waar we enkele dagen blijven. Er is hier
een kunstenaars kolonie en we treffen een Amerikaans stel dat we al eerder
in Norfolk ontmoetten. We hebben een gezellige potluck avond op de boot
van deze Norman. Zij kwamen ons uitnodigen terwijl wij al aan het eten
waren, maar we waren uiteraard van harte welkom na onze maaltijd. Met
een fles wijn gingen wij naar zijn schip, er was al een andere dame en
binnen korte tijd zaten we met zijn achten op de boot heerlijke kreeft
te eten.Zijn schip is een zelfgebouwde 60 voeter van ferrocement materiaal.
Het had een zeilschip moeten worden, maar een mast en zeilen zitten er
na 30 jaar nog steeds niet op. Hierdoor is er nu wel een groot vlak betonnen
achterdek, waar we met 8 mensen op tuinstoelen royaal kunnen zitten.
Twee meeuwen op de bij boot. Gloucester
bar.
Mark heeft kreeften meegenomen, wij zorgen voor de wijn en de anderen
hebben salades en brood meegenomen. Er is ook een fotografe uit de kunstenaars
kolonie bij, waar we een leuk contact mee opdoen. Dat is Wendie
waar we de volgende dag nog op bezoek gaan. Zij is ook een paar weken
in Holland geweest en we zien vele bekende plaatjes met tulpen uit de
Zilk. Met Wendy en een Brits zeilerscouple zijn we de volgende avond naar
een biercafe gegaan. De Amerikanen hebben in iedere plaats wel "local"
bier en in dit cafe kregen we eerst 6 kleine glaasjes bier om te proeven
welk bier wij wilden bestellen. Het werd een gezellige avond met zijn
allen.
Na Gloucester vertrekken we naar Boston. Inmiddels is bekend
dat er een orkaan Irene volgende week over dit gebied komt. Wij willen
dan in Boston zijn in een van de vele jachthavens. We hebben een mooie
zeiltocht en zien de skyline van Boston reeds van verre. Net New York
in het klein. We willen eerst in het nationale park gaan liggen. Volgens
de pilot kun je hier aanmeren en van de gratis ferry tussen de eilanden
gebruik maken. Helaas kun je niet aanmeren en moeten we voor anker gaan.
Je ligt hier wel leuk bij de eilanden, maar de stad Boston is erg ver
weg. De volgende morgen vertrekken we en gaan aan een mooring liggen midden
in het centrum van Boston.
We bellen de jachthavens af, maar niemand heeft nog een plaatsje voor
ons in het orkaanweekend. We zullen de orkaan aan de mooring moeten doorstaan.
Volgens de jachtclub is onze mooring gecheckt en zwaar genoeg om de Panoramix
tijdens een orkaan op zijn plaats te houden. Het is prachtig weer en er
is veel te bekijken in Boston. Vanuit het National Park Visitors centrum
worden er gratis rondwandelingen met een ranger door de stad georganiseerd.
Kennelijk is deze aanbieding niet zo bekend, want even later lopen we
met zijn drieen de route. De ranger heeft een goed en boeiend verhaal
bij de diverse plaatsen en gebouwen langs de route. Boston heeft een rijke
historie en heeft een belanrijke rol gespeeld in de onafhankelijksstrijd.
(denk maar aan de Boston teaparty)
Het science museum hier is zeer de moeite waard. Er zijn
demonstraties met ondermeer bliksem en je kunt/moet heel veel zelf doen.
Bijna alles is interactief ingericht. We spenderen er bijna een hele dag.
Boston heeft ook een Chinatown en is ook erg Chinees. We
gaan er heerlijk eten in zo'n simpel zaakje met van die gelakte eenden
die voor het raam hangen. De chinese supermarkt is enorm en heeft vrijwel
alles uit het verre China.
Chinatown in Boston. De
scholen beginnen weer.
Om tijdens de orkaan niet op ons schip te hoeven blijven
zitten, bedenken we dat we wel drie dagen naar de Niagara Falls kunnen
gaan. We halen uit voorzorg wel de zeilen, buiskap, bimini en vlaggen
van onze boot, zodat deze niet stuk kunnen waaien. De bestelde economy
huurauto wordt bij gebrek opgewaardeerd naar een grote luxe bak voor dezelfde
prijs. Hiermee rijden we comfortabel de 450 mijl naar de Niagara Falls.
Onderweg zien we een hele stoet hoogwerkers richting New York rijden om
de te verwachten schade aan de bovengrondse elektriciteitsleidingen te
gaan repareren.
Je kunt zelfs met een blauwe poncho aan
vlak onder de waterval varen.
Paula denkt bij watervallen aan bergen en is dan ook verrast dat de watervallen
in een landschap liggen dat zo plat is als Nederland. We zijn er net op
tijd want over een jaar of drieduizend zijn deze watervallen verworden
tot een flinke stroomversnelling. De watervallen zijn niet zo oud en sinds
hun ontdekking heeft de waterval zich al enkele honderden meters teruggetrokken.
Het neerstortende water erodeert het onderliggende gesteente en telkens
stort er weer een stukje in de rivier 50 meter lager.
De Niagara watervallen zijn mooi verlicht
in het donker.
Aan de Amerikaanse kant kun je naast en onder de watervallen
staan en ervaar je het natuurgeweld het best. De Canadese kant heeft een
prachtig gezicht (overzicht) op de hele waterval. Er is een overeenkomst
tussen de beide staten over het watergebruik. Er mag 50% onttrokken worden
voor energiewinning, de rest gaat over de waterval heen.
De bovenloop van de waterval waar het
water al versnelt.
In de pionierstijd begonnen hier tal van elektriciteits- bedrijfjes stroom
te produceren. Eerst nog gelijkstroom en later promote meneer Tesla de
eerste wisselstroom van zijn bedrijf. Wisselstroom is de stroom die we
vandaag nog steeds uit het stopkontakt krijgen. De steile oevers van de
benedenstroomse Niagara rivier brokkelen regelmatig af. En zo zijn alle
elektrabedrijfjes uiteindelijk door rots- verschuivingen in de rivier
gedonderd. Nu is er een brede strook aan de Amerikaanse kant waar niets
meer staat. Je kunt er veel wandelen ('hiken' over een 'trail' heet dat
hier) wat we dan ook doen. Zo lopen we een stukje stroom-afwaarts waar
nog grote stroomversnellingen zijn en een heuse whirlpool. Dat is een
grote kom bij een knik in de Niagara rivier. Het kolkt er flinkt en ziet
wit van het schuim.
Weggezakt gedeelte in het voetpad. Stroomversnelling.
Na twee dagen Niagara gaan we de derde dag weer terug. Op
het nieuws zijn veel beelden van de stormschade te zien. 4 miljoen Amerikanen
aan de oostkust zitten zonder stroom. Op de terugweg worden we van de
snelweg afgeleid. Er is een rivier naast de snelweg buiten zijn oevers
getreden en heeft de weg onder water gezet. Vanaf 15.00 uur staan wevrijwel
vast in het verkeer. Om 19.00 uur waren we nog niet veel opgeschoten en
bestuderen onze wegenkaart (uit 1961) voor alternatieve routes. We kunnen
proberen via Rotterdam naar Amsterdam (ja, die plaatsen heten echt zo!)
te rijden en daar weer de I-90 op te gaan. We zien een groepje auto's
zich losmaken uit de file en een zijweg inrijden. We rijden er blind achteraan
met de gedachte dat die auto's ook onze kant (naar Boston) op willen.
In onze auto zit een digitaal kompas en we zien dat we inderdaad naar
het oosten rijden. Na een uurtje rijden komen we bij Amsterdam (het is
inmiddels 22.00 uur) en daar kunnen we weer de snelweg op. Het is echter
zo laat geworden dat we een motel moeten opzoeken en de volgende dag verder
gaan. Als we de auto voor 10 uur inleveren, hoeven we geen extra dag huur
te betalen. De volgende dag staan we vroeg op en na nog een file komen
we om 9:30 u. aan in Boston. De Panoramix ligt braaf op ons te wachten.
Geen stormschade, en ook binnen staat alles nog op zijn plaats.